U bent hier
"Doelstellingen hoeveelheid restafval zijn achterhaald"
“Rijke gemeenten mogen meer afval produceren” klonk het in de media. De waarheid is iets genuanceerder, maar de onderverdeling die we zullen krijgen leidt niet tot een ambitieuzer beleid voor heel Vlaanderen.
Het nieuwe uitvoeringsplan voor huishoudelijk en gelijkaardig bedrijfsafval stapt af van een algemene doelstelling voor heel Vlaanderen en voorziet voor elke gemeente individuele doelstellingen. En de manier waarop elke gemeente een doelstelling toegewezen krijgt is opvallend.
De 308 gemeenten, worden middels Belfius-indeling van 2007 ingedeeld in verschillende clusters op basis van socio-economische parameters. En dat is enorm belangrijk, want afhankelijk in welke cluster uw gemeente ondergebracht wordt, zal u meer of minder inspanningen moeten leveren inzake uw afvalproductie.
Mag een rijke gemeente meer afval produceren?
Met andere woorden: inwoners van rijkere gemeenten zullen volgens het plan een pák meer afval op straat mogen zetten dan gemeenten met minder middelen. Gegoede gemeenten zullen in het nieuwe systeem bevoordeeld worden ten opzichte van “armere” gemeenten. Dat is de wereld op zijn kop natuurlijk, want gemeenten die over méér financiële slagkracht beschikken zijn logischerwijs in staat om ook méér inspanningen te leveren inzake de afvalproductie van hun inwoners.
Ik vroeg de minister tijdens de plenaire vergadering in het Vlaams Parlement dan ook waarom ze de rijkere gemeenten dan niet tot meer inspanningen verplicht. De minister antwoordde me dat er nu een beleid op maat van de gemeente zal gevoerd worden en de doelstellingen doordacht zijn.
Doelstelling 2022 soms nu reeds achterhaald
De Belfius-indeling is inderdaad een goed instrument om de gemeenten onder te brengen in éénduidige categorieën. Maar is deze indeling ook de meest geschikte om het individuele afvalbeleid per gemeente op af te stellen? Neen, allerminst. Integendeel zelfs: door deze indeling moeten sommige gemeenten tegen 2022 bepaalde doelstellingen halen, die ze nu reeds járen halen.
In Kortenberg bijvoorbeeld lag de hoeveelheid restafval per inwoner op 77 kilogram. De ambitie die de minister onze gemeente en haar inwoners oplegt tegen 2022 is 116 kilogram. 116 terwijl we nu reeds aan 77 zitten. En dit is geen alleenstaand geval, maar kenmerkend voor veel Vlaamse gemeenten.
Echt maatwerk kan oplossing bieden
Het is de logica zelve dat we inzake ons afvalbeleid ambitieus zijn. Dit nieuwe uitvoeringsplan is dat niet. Het pretendeert dat te zijn via een overkoepelende doelstelling, maar op niveau van de individuele gemeente schiet het vaak te kort. We hebben nood aan écht maatwerk dat de gemeenten die over de mogelijkheden beschikken aanzet om – soms een pak - beter te doen dan vandaag. Daarnaast moeten gemeenten die reeds goede resultaten halen gestimuleerd worden om nóg beter te doen. Kortom, wat nu voor ligt is niet goed genoeg.