INL-ploegen beheren al 19 jaar groen op site De Sleutel in Lubbeek

Door Bart Nevens op 21 september 2023, over deze onderwerpen: Duurzaamheid, Leefmilieu, Natuur

Het OCMW van Lubbeek heeft op de Staatsbaan een terrein met rustoord, serviceflats en het Lokaal Dienstencentrum ‘De Sleutel’. Het terrein werd in 2004 biodivers ingericht en sindsdien wordt het groen onderhouden door de Intergemeentelijke Natuur- en Landschaps (INL-)ploegen van IGO, met de steun van de provincie Vlaams-Brabant. Zo scheren ze de hagen, kappen ze de houtkanten en maaien ze de hooilanden. INL-ploegen verbeteren de biodiversiteit in onze regio en zorgen voor sociale tewerkstelling in de natuursector.

Groen beheer van De Sleutel in handen van INL-ploeg

Achter het Lokaal dienstencentrum ‘De Sleutel’ in Lubbeek ligt een natuurlijke wandeltuin met hagen, een hooiland met hoogstamfruitbomen, houtkanten, een steile helling met een hooiland en bovenaan een fruitboomgaard met oude rassen in een hooiland. ​ ​
​Deze wandeltuin wordt gebruikt door de bewoners van de aangrenzende serviceflats. Ze kunnen de vernieuwde bewegingsroute doorheen de tuin volgen of gaan met hun bewegingscoach op pad.

Deze wandeltuin werd aangelegd in 2004. Een INL-ploeg stond in voor de plannen en de uitvoering ervan en zorgt nog steeds voor het beheer van het groen.

Zo scheert ze de hagen met inheemse soorten, zoals meidoorn, sleedoorn en haagbeuk, één keer per jaar. ​
​​
​Daarnaast wordt er op de houtkant middelhoutbeheer toegepast. Dit is hakhoutbeheer in combinatie met overstaanders. Struiken en bomen worden afgezet tot 10 cm boven het maaiveld. Het volgende groeiseizoen schieten deze stobben terug uit. Hierdoor ontstaan hakhoutstoven die cruciaal zijn voor de stevigheid van het talud. Daarnaast behoudt men ook een aantal uitgegroeide bomen en struiken. Hierdoor krijgt men een gelaagde structuur in de houtkant.

De twee hooilanden op het terrein kennen een verschillend beheer. Het hooiland met hoogstamfruitbomen wordt twee keer per jaar gemaaid en het maaisel wordt afgevoerd. De eerste maaibeurt vindt plaats in juni, de tweede na 15 september. Dit hooiland is een bloemrijk grasland met een hogere productiviteit en kan nog verder verschraald worden door het twee keer te maaien en het maaisel af te voeren. Hierdoor wordt het gras ijler en krijgen bloemen meer groeikansen. ​

Het hooiland op de steile helling wordt slechts 1 keer per jaar gemaaid en dit na 15 september. Het talud met hooiland heeft reeds het stadium van een bloemrijke vegetatie bereikt en dient niet meer te worden verschraald. Men moet wel nog 1 keer per jaar maaien, na de bloeiperiode, om het hooiland te behouden en verruiging, groeien van struiken tegen te gaan. Zo krijgen zeldzame soorten als Gaspeldoorn, Viltganzerik, Beemdkroon en Wondklaver de kans om op deze arme, zandige bodem te groeien. Omdat de helling zo steil is, moet er voor de veiligheid gewerkt worden met een valstopsysteem: de arbeiders hangen tijdens het maaien vast met kabels aan ankerpunten. Als ze vallen, dan wordt dit dadelijk afgeremd.

De maaifrequentie en periode werd in samenspraak met de gemeente Lubbeek en Natuurpunt Lubbeek bepaald.

 

INL zorgt voor meer biodiversiteit en sociale tewerkstelling
​​
​De Intergemeentelijke Natuur- en Landschapsploegen (INL-ploegen) staan in voor het beheer van kleine landschapselementen, zoals hagen, houtkanten, poelen, bermen en hooilandjes en voor landschap- en natuurontwikkeling, zoals herbebossingsprojecten, inrichting van natuurgebieden en soortenbescherming. ​
​Ze worden aangestuurd door IGO in de regio Oost-Brabant en Kiemkracht in de regio Halle-Vilvoorde. Deze organisaties krijgen hiervoor werkingssubsidies van de provincie Vlaams-Brabant.

“De INL-ploegen dragen door hun werking bij tot het behoud en de verbetering van de biodiversiteit. Want natuur kansen geven betekent ook inzetten op natuurinrichting en een doordacht beheer”, zegt Bart Nevens, gedeputeerde voor milieu.

De INL-ploegen bestaan uit voorheen langdurig werkzoekenden alsook stagiairs, alternatief gestraften of vluchtelingen die nu zinvolle arbeid kunnen verrichten en mee helpen om onze natuur te beheren en te versterken.

“INL-ploegen zorgen zo niet enkel voor onze natuur, maar ook voor bijkomende sociale tewerkstelling in de natuursector. Ze vormen een win-win voor de natuur en de sociale economie”, besluit Karen Lauwers, algemeen directeur van IGO.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is